Rijksmonument
 
Varkenmarkt 31
3311 BR Dordrecht
 
 
 
 
 
Ontstaan Varkenmarkt
In de eerste helft van de 17e eeuw werd de varkenmarkt van het einde van de Vriesestraat hierheen verplaatst en verschafte zo een naam voor deze rond 1590 bebouwde straat - in 1590 nog gewoon "nieuwe strate" genoemd. De naam Veemarct kwam ook voor; uit de vermelding van 1643 blijkt dat er behalve varkens ook kalveren verhandeld werden. In 1674 komt een vermelding als Snellaart Duijkstraat voor. Snellaart Duijk was schepen tussen 1410 en 1432. We hebben hier vermoedelijk te maken met een van de zeldzame gevallen van officiële naamgeving in de 17e eeuw. De officiële naam moest het tenslotte afleggen tegen de volksnaam Varkenmarkt.
In 1856 werd een joods gemeenschapscentrum geopend op de Varkenmarkt. Daarin was een synagoge gevestigd, een school en een ruimte voor andere activiteiten.
 
Foto rond 1900. handel in varkens op de Varkenmarkt.
 
Monumentenlijst
Pand  met tot puntgevel gewijzigde trapgevel (XVIII). Gebouw van eenvoudige doch harmonische architectuur en van oudheidkundige waarde.
 
Bouwhistorie
Zoals op de foto te zien, is de puntgevel niet symetrisch. Dit duidt op verbouwingsactiviteiten aan de westzijde van het pand, dat iets smaller lijkt te zijn geworden dan het ooit was. De perceelbreedte is echter vanaf 1832 niet veranderd, waarmee niet duidelijk is wanneer dit is gebeurd. Kennelijk al daarvoor.
Dat brengt ons bij eigenaar Willem van der Maaden, een winkelier,  die tussen 1799 en 1837 alle (ook belendende) panden op de percelen 292 t/m 296 op onderstaand kaartje uit 1832 in zijn bezit had. Waarschijnlijk heeft het in die periode de trapgevel verloren, waarover in de monumentellijst wordt gesproken.
In de eerste helft van de 18e eeuw wordt het onroerend goed van de toenmalige eigenaren aangeduid met een ingang op de Knolhaven, waaruit blijkt dat de bewoning  op de havenzijde was gericht en de zijde Varkenmarkt waarschijnlijk toen al een bedrijfsbestemming had. Dat zou overigens in de 17e eeuw anders kunnen zijn geweest, maar daar is meer onderzoek voor nodig.
 
 
Zoals uit onderstaande tekening van 1914 blijkt, had het pand toen aan de achterzijde een uitgang op de Vismarkt. De toenmalige eigenaar was vishandelaar, woonde aan de zijde van de Knolhaven en gebruikte zijn pakhuis aan de Varkenmarkt  als opslag voor zijn waren, waarmee deze uitgang praktisch nut had.
 

Eigenaren
voor 1665
 
Marijke Frans Halling, weduwe van Japer Claesz. ter Brugge
1665 Claes Jaspersz. ter Brugge
1672 Lambert Bovi, horlogemaker
ca. 1721 Nicolaas Raatgeep
1757
 
Arnoldus van Kooijck, commissaris van de veere Nimwege
1799 Willem van der Maaden, winkelier
1837
Samuel van Rooijen, korenmeter
1860
 
Johanna van Maastricht, weduwe Samuel van Rooijen 
1868 Jan van den Heuvel, viskoper 
1881 Abraham van den Heuvel, vishandelaar
1923
Cornelis Marinus Nusteling, pakhuisknecht
1940
Jacobus den Boef, expeditieknecht
1949 Wilhelmus van Schelt, loodgieter 
1970
 
Henricus Adrianus Waltherus Nusteling, loodgieter
1973
Cornelis de Haas, autohandelaar
1978
Martin Hans Ieke van der Wal, bedrijfsleider